WV-WORLD
the small travel info giant

Egypte
Steden en sites


KOM OMBO (KAWM UMBU)
De Gouden Stad van Sobek

Kom Ombo (Kawm Umbu) staat gelijk met een grensoverschrijding in de gefossiliseerde steen van Edfu en het Nijldal verandert hier 20 kilometer verder in Nubische zandstenen. Het vruchtbaar landsdeel versmalt ook en bij Jebel al-Silsila (de bergketen) lopen de rotsen tot aan de Nijl. De farao's vonden hier hun grote zandsteengroeven en het materiaal voor hun bouwwerken et land.

Kom Ombo, ook wel de "Gouden Stad" genoemd, was indertijd het handelscentrum voor edelmetalen. Het ligt niet ver van de monding van de Wadi Hammamat, het woestijndal met zijn legendarische goudmijnen, dat de Nijl met de Arabische woestijn verbindt.
Het Kom Ombo - bekken werd pas begin deze eeuw ontsloten en is nu een landbouwgebied. Enkele voedingsbedrijven rezen er uit de grond en er staat bv. een suikerfabriek. Rondom de stad liggen enkele dorpen verspreid waar ongeveer een honderdduizend Nubiërs wonen. De aanleg van het waterreservoir en de stijging van het water hadden hen uit hun woningen verdreven.
Ten zuiden van de oase ligt de Tempel van Kom Ombo, die gewijd is aan twee godheden: Sobek met de krokodillenkop en Haoreris (Horus de Oudere) met de kop van een valk.
Deze tempel staat letterlijk op de Nijloever. Hij verschilt van alle overigen omdat hij in de lengterichting gespleten is en gewijd werd aan twee afzonderlijke goden.
De bouw ervan begon onder Ptolemeus VI in de 2de eeuw voor onze jaartelling. Een deel van de muurdecoraties stamt uit de Romeinse periode. Het wordt niet uitgesloten dat hier in het Midden-Rijk ook al een soort godshuis in steen heeft gestaan. Er werden twee parallelle processiewegen aangelegd vermits de tempel het huis van twee goden is.
De linkertempel is voor Horus en de rechter voor Sobek. In de eerste hof prijkt een zuilenrij van 16 stuks met reliëfs uit de periode van keizer Tiberius. Deze rij geeft uit op de "gordijngevel" van het overdekte tempelgedeelte. Men kan er een doopscène bewonderen, tijdens dewelke de goden water gieten over Ptolemeus XII.
De grote zuilenhal is getooid met plantkapitelen en reliëfs, die de koning in gezelschap van de goden tonen. Sobek, de krokodil, troont in al zijn pracht op de centrale muur. Van het allerheiligste blijven alleen de grondvesten over.
De dubbele tempel bevat ook een Nijlmeter waardoor hij verbonden was met de stroom. Tijdens de Romeinse periode werden hierin ook de eerste christenen ‘gedropt’ als voeding voor de krokodillen.
Achteraan in de galerij prijkt een medisch reliëf met een knielende Traianus die de goden medische instrumenten offert, zoals pincetten, een scalpel en amuletten. Deze muur toont zeer goed hoever de medische wetenschap toen al gevorderd was en wat voor instrumenten zij al kende.
De tempel bevat ook een zeldzame kalender, die de tweevoudige en ingewikkelde berekeningen toont van dagen, weken en maanden in het jaar. De Oude Egyptenaren deden dit volgens totaal andere normen, maar kwamen eveneens aan een jaar van 365 dagen.
Bij de uitgang is nog de Hathorkapel waarin krokodillenmummies worden bewaard.





INDEX
Steden

EGYPTE
Main Page


©  2001 december  copyright  vilmos  cvg   * information:   webmaster   * using this text for commercial purposes will not be allowed